Cultuursmakers

Brussel MultiMolem

Brussel aan zee - inleiding

Inleiding: Een vleugje geschiedenis

Reeds in de Middeleeuwen kwam een deel van de bevoorrading van Brussel over water, langs de Zenne.  De wispelturigheid van de rivier en haar verzanding deden de Brusselaars uitkijken naar een andere mogelijkheid.

Bovendien had de heerlijkheid Mechelen van de Hertog het recht verkregen om tol te heffen en zo nodig de doorvaart op de rivier met een ketting te verhinderen.

Na verschillende pogingen werd uiteindelijk door de stad Brussel van Maria van Bourgondië het recht verkregen om een kanaal te graven dat de stad zou verbinden met de waterweg naar Antwerpen buiten de heerlijkheid Mechelen.  De eerste spadesteek van het kanaal werd uiteindelijk pas op 16 juni 1550 gegeven door Jan van Loquenghien.  De spade waarmee dit geschiedde is nog te bekijken in het Museum van de stad Brussel, het Broodhuis, op de Grote markt.  Loquenhien zelf kreeg een staart naar hem vernoemd in de oude havenbuurt en een beeld op de Zavel bij de 12 mannen die rond Egmond en Hoorn staan.

Het graven van het kanaal duurt tot 1561 en van dan beschikt Brussel over een eigen verbinding met Antwerpen en over een haven binnen de stadswallen.

Op dit kanaal wordt voor het eerst de schutsluis gebruikt, een uitvinding van Leonardo Da Vinci.

Het kanaal wordt later verbonden met het kanaal Brussel-Charleroi en wordt in de loop der eeuwen herhaaldelijk gemoderniseerd om het toegankelijk te houden voor de scheepvaart van zijn tijd.

De grote omvorming komt er eind 19° begin 20° eeuw met de oprichting van de nv Zeekanaal en Haveninrichtigen van Brussel.  Deze nv met alleen aandeelhouders uit de openbare sector: de Belgische staat, de’ provincie Brabant, de stad Brussel en een aantal Brusselse gemeenten, al dan niet in de buurt van het kanaal gelegen.  De opdracht van de nv is het verbreden en verdiepen van het kanaal, het dempen van de oude havendokken in het stadscentrum en de bouw van stapelhuizen voor de Douane.  De werken zijn klaar in 1914, maar omwille van oorlogsschade duurt het tot 1923 voor Albert I het nieuwe kanaal kan inhuldigen.

De nieuwe haven is ook goed voor een Belgische primeur: na de aanleg van de nieuwe havendokken is het aangewezen dat alle activiteit plaatsvindt op het grondgebied van de stad Brussel en dus worden bij wet van juni 1921 de gemeenten Laken, Neder-over-Heembeek en Haren bij de stad Brussel gevoegd – een fusie van gemeenten.  Later wordt ook nog een deel van Schaarbeek overgedragen naar Brussel na de aanleg van de industriële voorhaven.

In de loop der jaren blijven er moderniseringen komen: het vervangen van sluizen die een groter verval kennen zodat er minder sluizen zijn, de bouw van nieuwe bruggen ter vervanging van tijdens de oorlog vernietigde bruggen of omwille van de verkeersinfarcten die veroorzaakten, de rechtstreekse toegang naar de Schelde, waardoor het probleem van de getijden op de Rupel tot het verleden behoorde.

In 1993 werd in uitvoering van de gewestvorming de n.v. Zeekanaal en Haveninrichtingen ontbonden en vervangen door de n.v. Zeekanaal (inmiddels opgenomen in de Vlaamse Waterweg) voor het deel tussen de Schelde en de gewestgrens en de Haven Brussel voor het deel in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.  Deze laatste werd ook verantwoordelijk voor het kanaal Brussel-Charleroi in het gewest.

We starten nu onze wandeling.  De verschillende delen sluiten bij mekaar aan, maar we geven ook telkens een startpunt aan dat gemakkelijk met openbaar vervoer te bereiken is, zodat men elk deel afzonderlijk of samen met andere delen kan afleggen.  Maar je kan natuurlijk ook met de fiets of een ander vervoermiddel naar het startpunt komen.

Vanaf 1 mei leest u deel 1

<
>
x